Klacht tegen forensisch arts wordt door Centraal Tuchtcollege ongegrond verklaard
Gepubliceerd op:26-05-2017

De betreffende forensisch arts kreeg eerder, in juni 2016, een waarschuwing van het Regionaal Tuchtcollege in Zwolle wegens schending van het beroepsgeheim. De forensisch arts ging in beroep tegen deze beslissing en recentelijk kwam het Centraal Tuchtcollege met een uitspraak.

De klager in kwestie had in februari 2014 als bestuurder van een auto gevaarlijk rijgedrag vertoond. Hij was aangehouden door de politie maar weigerde om mee te werken aan een alcoholtest en was meegenomen naar het politiebureau. De forensisch arts werd door de politie ingeschakeld omdat de bestuurder zeer verward overkwam en mogelijk psychisch niet in orde was. Hij bleek bekend te zijn met diabetes mellitus en de forensisch arts had vervolgens de politie en bestuurder, op basis van zijn medisch onderzoek, geadviseerd over verder te nemen stappen.

Het Centraal Tuchtcollege in Den Haag kwam tot het oordeel dat de forensisch arts niet in strijd met het beroepsgeheim heeft gehandeld en alleen beperkte, medisch relevante mededelingen aan de politie heeft gedaan in zijn rol van medisch adviseur.

In deze casus draaide het om de lastige rol die de forensisch arts in zijn werk heeft, een combinatie van medisch adviseur en behandelaar. De dagelijkse dilemma’s in deze rol zijn voor veel collega’s herkenbaar.

Het is belangrijk dat forensisch artsen voldoende op de hoogte zijn van hun rol en de regels over het medisch beroepsgeheim in deze context. Het FMG-bestuur is daarom van plan om meer aandacht aan dit onderwerp te besteden.

De gehele casus en uitspraak van het Centraal Tuchtcollege kunt u hier nalezen.