Forensisch arts Zwolle hoort voorwaardelijke celstraf tegen zich eisen
Gepubliceerd op:03-11-2016

Vandaag moest een collega forensisch arts verschijnen voor de meervoudige kamer van de Rechtbank in Zwolle. Hem werd door de Officier van Justitie meineed ten laste gelegd.

De collega had in juli 2013 de lijkschouw verricht bij een bejaarde dame die overleden onderaan de trap in haar woning in Zwolle aangetroffen was door haar werkster. Het overlijden werd door de forensisch arts als niet natuurlijk geduid, waarbij aannemelijk werd geacht dat mevrouw door een ziekelijke oorzaak van de trap was gevallen.

Later ontstonden er aanwijzingen voor een misdrijf, waarvoor inmiddels een dader is veroordeeld. De betreffende forensisch arts trad op als getuigendeskundige in dit strafproces, waarbij hij verklaarde op de dag van de lijkschouw, onder andere in de woning, overleg te hebben gehad met de huisartsenpraktijk van overledene.

Dit overleg is niet in het huisartsensysteem vastgelegd en de destijds aanwezige politiefunctionarissen, van wie één vandaag als getuige werd opgeroepen, konden zich het overleg niet herinneren. De Officier van Justitie gaat er daarom vanuit dat het overleg met de huisartsenpraktijk die dag niet heeft plaatsgevonden en dat de collega meineed heeft gepleegd.

De forensisch arts werd vandaag bijgestaan door strafpleiter Anker, die meineed niet wettelijk en overtuigend bewezen achtte. In de rechtszaal waren, naast de pers, ook veel collega forensisch artsen aanwezig die met enige verbijstering constateerden dat de betreffende situatie heel herkenbaar is en dat forensisch artsen dus erg kwetsbaar zijn.

De collega hoorde een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden, met een proeftijd van 2 jaar, en een werkstraf van 120 uur tegen zich eisen.

Uiterlijk over 2 weken doet de Rechtbank uitspraak.

Zie ook de berichtgeving van het OM.